Achtergrond:

Deze ad hoc vraag werd gelanceerd als basis van een inform die beleidsmakers kan helpen om verzoekers en begunstigden van internationale bescherming betere ondersteuning te bieden bij de toegang tot autonome huisvesting.

De ad hoc vraag onderzoekt de uitdagingen waarmee verzoekers en begunstigden van internationale bescherming worden geconfronteerd bij het vinden van autonome huisvesting en hoe de EMN-lidstaten de ondersteuning van deze groepen organiseren. Het gaat om het bestaande nationale, regionale/lokale beleid en de maatregelen ter ondersteuning van de overgang naar en de toegang tot autonome huisvesting, evenals enkele voorbeelden van door de EU gefinancierde initiatieven in deze context.

Daarnaast beoogt de ad hoc vraag goede praktijken te identificeren om de toegang tot autonome huisvesting te faciliteren.

Respondenten:

In totaal hebben 23 landen geantwoord op deze ad hoc vraag (inclusief BE).

Bevindingen:

Uit enkele bevindingen van de ad-hoc bevraging blijkt dat:

• Bijna alle lidstaten van het EMN en Servië maken melding van uitdagingen waarmee verzoekers en begunstigden van internationale bescherming worden geconfronteerd bij de toegang tot zelfstandige huisvesting. Discriminatie bij het zoeken naar huisvesting op de particuliere markt, het algemene tekort aan huisvesting en de daaruit voortvloeiende stijging van de huizenprijzen in combinatie met lange wachtlijsten in de sociale huursector zijn enkele van de belangrijkste uitdagingen. Taalbarrières en administratieve obstakels vormen ook belangrijke uitdagingen bij de toegang tot autonome huisvesting.

• In het algemeen is voorzien in specifieke procedures en/of maatregelen om de overgang van huisvesting in het kader van opvang naar zelfstandige huisvesting te vergemakkelijken. Deze omvatten voornamelijk het verstrekken van informatie/advies (bijv. over het functioneren van de huisvestingsmarkt), plaatsing in tijdelijke huisvesting en het verlengen van de periode dat personen die internationale bescherming genieten in opvangcentra kunnen verblijven om meer tijd te geven om zelfstandige huisvesting te vinden.

• EU-fondsen - voornamelijk het Fonds voor asiel, migratie en integratie (AMIF) - werden door minder dan de helft van de rapporterende EMN-lidstaten gebruikt voor de uitvoering van projecten, initiatieven of hervormingen ter ondersteuning van de toegang tot zelfstandige huisvesting voor deze groep.
  

Lees voor meer informatie de compilatie van antwoorden in de bijlage hierboven.

De inform over toegang tot autonome huisvesting in de context van internationale bescherming, gebaseerd op deze ad hoc vraag, zal binnenkort beschikbaar zijn.